Drama

Onze eigen dramales

Doel:
De kinderen kunnen aan de hand van een kaartje met begrippen een toneelstuk opvoeren.

Oriëntatie:
We maken de lln betrokken door de klas binnen te komen als schoonmaaksters. we roepen dingen als: "Oh, hier kan wel een doekje overheen!" "Zie dat zonnetje schijnen, tijd voor een lenteschoonmaak!". Dit is onze motiverende opening.

We vertellen dat de kinderen in groepen worden verdeeld (4 per groep) en dat ze per groep drie kaartjes krijgen uit drie verschillende categorieën. Op die kaartjes staan begrippen over de lente zoals:

Wie:
- de Paashaas
- de boer
- een kip en een kuiken
- de schoonmaaksters
- een pasgeboren lammetje

Wat:
- de lenteschoonmaak
- bloemen plukken
- een koe melken
- paaseieren verstoppen
- paaseieren zoeken

Waar:
- in een bloemenveld
- op de boerderij
- in het kippenhok
- in het bos
- op een terras


Met deze begrippen gaan ze een eigen toneelstukje opvoeren, zo krijg je dus een heel grappig toneelstuk als je bijvoorbeeld de paashaas, de lenteschoonmaak op een terras trekt.
De kinderen mogen hierbij alle attributen gebruiken die er in het verkleedhok staan.

Het toneelstuk duurt ongeveer 5 minuten per groep. Iedereen heeft een kwartier de tijd om wat te verzinnen.

Kern:
De kinderen gaan in een kwartier tijd een toneelstuk verzinnen en daarna in 5 minuten opvoeren. Om de andere kinderen die niet aan het spelen zijn ook actief te houden moeten ze opletten wie het is, wat het is en waar het is.

Slot:
Aan het eind bespreken we per groep wie, wat en waar. En wie het leukste toneelstuk heeft gespeeld.

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~
Onze introductie:

Als introductie voor onze dramales gaan we de een toneelstuk over de Lente spelen. We laten zien wat de Lente betekent voor de vogels, voor de mensen en de bloemen. We eindigen in een stilstaand beeld met ons vieren op zonnestoelen met zonnebrand, dat staat voor het begin van de zomer en het eind van de Lente. Dit toneelstuk duurt 10 minuten, tijdens het stuk wordt er rustige muziek afgespeeld. Tussen de scénes door (als wij omkleden) is er beeld en geluid op het scherm te zien en te horen.

Toneelstuk:

• Scéne 1: Vogel broedt ei uit. Er staat een nest op het podium met een mooie vogel erin. De zon gaat op en de zon gaat onder, dan broedt de vogel haar ei uit. (1 persoon)

• Scéne 2: Lenteschoonmaak: Er staan drie schoonmaaksters op het podium en bewegen mee op een stukje van het liedje van kabouter Plop, de lenteschoonmaak. (3 personen)

• Scéne 3: Bloemen die groeien: Er staan 4 bloemen op het podium. Eerst zijn ze nog heel klein. De zon gaat een aantal keer op en onder en de bloemen beginnen te groeien. Op een gegeven moment staat de zon hoog aan de hemel en komen de bloemen uit. (4 personen)

• Scéne 4: Eind van de Lente, begin van de Zomer: We lopen het podium op, leggen handdoekjes neer en gaan liggen. Vervolgens smeren we ons in met zonnebrand en zetten we onze zonnebril op. Dit symboliseert het einde van de Lente.

Benodigdheden voor introductie:

Vogelnest:

-          Takken

-          Vogelsnavel van karton ofzo

-          Gekleurde kleding (geel topje, rode broek)

-          Vleugels

-          Zon op stok

Lenteschoonmaak:

-          Theedoeken voor om ons hoofd

-          Schorten

-          Blauwe slofjes (zwembadslofjes)

-          Bezem

-          Stoffer en blik

-          Swiffer

Bloemen die groeien:

-          Groene kleding (broek, topje)

-          Bloemenhoofd van karton (met een soort elastiek om je hoofd heen)

-          Grote gieter

-          Zon op stok

Einde zomer:

-          Handdoekjes

-          Zonnebrand

~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~